In dit onderdeel wordt de lijst van computers vastgelegd; alle computers waarop Order-Direct is geïnstalleerd.
Het maximale aantal vast te leggen computers is onbeperkt, in tegenstelling tot het maximale aantal gebruikers dat niet hoger kan zijn dan het aantal zoals vermeld in de licentiegegevens.
Met Computer toevoegen 
of Ctrl+Enter voegt u een nieuwe computer toe.
Met Computer verwijderen 
of Ctrl+Del verwijdert u een computer uit de lijst. Met de computergegevens worden dan ook alle printertoewijzingen en instellingen verwijderd.
In de rechterbovenhoek wordt steeds het unieke nummer getoond dat bij het aanmaken aan de computer is toegekend.
Naam: een unieke omschrijving die de computer onderscheidt van de overige computers. De naam mag bestaan uit letters, cijfers en spaties maar geen speciale tekens als accenten en trema's bevatten.
Type: het type computer: werkstation, server, laptop of terminal-server.
Medewerker: de naam van de medewerker die rechtstreeks aan de computer is gekoppeld. Deze medewerkernaam wordt dan gebruikt bij het opstarten van Order-Direct op de betreffende computer; de bijbehorende gebruiker is dan de gebruiker die in medewerkers aan deze medewerker is toegewezen. Gebruikt u deze instelling niet, dan bepaalt Order-Direct de medewerkernaam aan de hand van het wachtwoord dat bij het opstarten wordt ingetypt of aan de hand van de standaard gebruiker (zie onder).
Medewerkergroep: de naam van de medewerkergroep die aan de betreffende computer is toegekend. Deze instelling is onder andere van belang bij de notities.
Standaard gebruiker: de gebruiker die standaard aan de computer is toegewezen. Wanneer u geen gebruik maakt van wachtwoorden bij het opstarten van het programma, dan gebruikt het programma de instellingen van deze gebruiker. De gebruikte medewerker is dan de eerste medewerker aan wie in medewerkers deze gebruiker is toegekend.
Standaard printer: de printer die standaard aan de computer is toegewezen. Deze printer wordt gebruikt wanneer er een nieuwe printertoewijzingen worden aangemaakt.
Instellingen overnemen van: deze instelling wordt alleen toegepast bij nieuw aangemaakte computers. Selecteer in dit veld een bestaande computer om bij het opslaan de printergegevens en instellingen van deze computer over te nemen voor de nieuwe computer.
Wijzig de positie van een computer in de lijst met Omhoog 
en Omlaag 
of met Shift+Ctrl+Omhoog en Shift+Ctrl+Omlaag.
Klik op Opslaan 
of druk op Ctrl+S om alle wijzigingen op te slaan.
Met Afdrukken 
print u een lijst van alle computers (
netwerkcomputers). Klik op Afdrukvoorbeeld 
voor een voorbeeld op het scherm.
Verlaat het onderdeel zonder iets te wijzigen met Esc of Afsluiten 
.
Computers