In dit onderdeel worden een aantal tekstregels ingegeven die worden gebruikt wanneer een bon wordt ingeladen in een andere bon. Voor iedere tekstregel kan bovendien worden aangegeven of de betreffende regel bij het inladen op de bon moet worden geplaatst of moet worden genegeerd. In de tekstregels wordt gebruik gemaakt van indicatoren om de positie van speciale veldwaarden aan te geven.
De tekstregels worden ingevoerd in ieder van de actieve talen. Bij het opstarten van het onderdeel is de standaardtaal geselecteerd. Selecteer desgewenst een andere taal in de keuzelijst bovenin het venster.
Met de knop Standaard linksonder in het venster of F9 worden de tekstregels in de geselecteerde pagina gevuld met standaardwaarden. Vervolgens kunt u zelf aangeven of een bepaalde tekstregel actief is, of niet.
Sla de instellingen op door op OK te klikken of op F4 te drukken. U verlaat het onderdeel zonder iets op te slaan met Annuleren of Esc.
Offertenummer: wordt op een orderbevestiging geplaatst wanneer de offerte wordt ingeladen in een nieuwe orderbevestiging.
Aangevraagd op: wordt op de orderbevestiging geplaatst.
Aanvraagnummer: wordt op de orderbevestiging geplaatst wanneer de inhoud van het veld 'Aanvraagnummer' op de offerte is ingevuld.
Aangevraagd door: wordt op de orderbevestiging geplaatst wanneer de inhoud van het veld 'Aangevraagd door' op de offerte is ingevuld.
Machinegegevens: tekstregel met machinegegevens. Wordt op een orderbevestiging, verzendbon of verkoopfactuur geplaatst wanneer op de offerte een machine met machinegegevens is geselecteerd.
Machinelokatie: geeft aan of de machinelokatie als opeenvolgende tekstregels op de orderbevestiging, verzendbon of factuur moet worden geplaatst wanneer op de offerte een machine is geselecteerd.
Gebruik \n om aan te geven dat de eerste regel van de lokatie onder in plaats van achter de titel moet worden geplaatst, bijvoorbeeld Lokatie:\n#1
Deze regels worden toegepast wanneer van een orderbevestiging een verzendbon of direct een verkoopfactuur wordt aangemaakt.
Ordernummer: wordt op een offerte, verzendbon of factuur geplaatst wanneer een orderbevestiging wordt ingeladen. Deze instelling is ook van toepassing op slijpwerk.
De standaardwaarde is Ordernummer : #1 (#2)
Leverdatum: wordt op een offerte, verzendbon of factuur geplaatst bij het inladen van een orderbevestiging, mits hierop een leverdatum is geselecteerd.
Ordernummer klant: wordt op een offerte, verzendbon of factuur geplaatst wanneer de inhoud van het veld Ordernummer klant op een standaardorder is ingevuld.
De standaardwaarde is Uw ordernummer : #1
Omschrijving: de aanvullende omschrijving bij het ordernummer van de klant. Deze tekst is alleen van toepassing wanneer de instelling 'Omschrijving bij ordernummer' in instellingen orderbevestigingen actief is.
De standaardwaarde is Omschrijving : #1
Ter attentie van: wordt op de offerte, verzendbon, rekenbon of factuur geplaatst wanneer de inhoud van het veld 'Ter attentie van' op de orderbevestiging is ingevuld.
De standaardwaarde is Ter attentie van: #1
Besteld door: wordt op de offerte, verzendbon, rekenbon of verkoopfactuur geplaatst wanneer de inhoud van het veld 'Besteld door' op de orderbevestiging is ingevuld.
De standaardwaarde is Besteld door : #1
Afleveradres: geeft aan of het afleveradres van de orderbevestiging, mits ingevuld, als opeenvolgende tekstregels op de factuur moet worden geplaatst. Deze optie is alleen van toepassing wanneer van een orderbevestiging rechtstreeks een factuur wordt aangemaakt. De optie wordt niet gebruikt wanneer voor een orderbevestiging een verzendbon wordt aangemaakt.
De standaardwaarde is Afleveradres: #1
Gebruik \n om aan te geven dat de eerste regel van het adres onder in plaats van achter de titel moet worden geplaatst, bijvoorbeeld Afleveradres:\n#1
Machinegegevens: tekstregel met machinegegevens. Wordt op een verzendbon of verkoopfactuur geplaatst wanneer op de orderbevestiging een machine met machinegegevens is geselecteerd.
Machinelokatie: geeft aan of de machinelokatie als opeenvolgende tekstregels op de verzendbon of factuur moet worden geplaatst wanneer op de orderbevestiging een machine is geselecteerd.
Gebruik \n om aan te geven dat de eerste regel van de lokatie onder in plaats van achter de titel moet worden geplaatst, bijvoorbeeld Lokatie:\n#1
Deze pagina maakt deel uit van de module 'Slijpwerk'.
Voor u geslepen: wordt op een offerte, verzendbon, rekenbon of verkoopfactuur geplaatst wanneer de inhoud van het veld Ordernummer klant op een slijpwerkorder is ingevuld.
De standaardwaarde is Voor u geslepen : #1
Aangeboden door: wordt op de offerte, verzendbon, rekenbon of verkoopfactuur geplaatst wanneer de inhoud van het veld 'Besteld door' op een slijpwerkorder is ingevuld.
De standaardwaarde is Aangeboden door : #1
Aan u geleverd: tekstregel met het nummer en de datum van de verzendbon. Wordt op een factuur geplaatst.
De standaardwaarde is Aan u geleverd volgens bonnr. : #1 (#2)
Verzonden op: tekstregel met de datum van verzenden of de datum van afleveren.
Afgehaald door: wordt op een factuur geplaatst wanneer de inhoud van het veld 'Afgehaald door' deel uitmaakt van de standaard omschrijvingen voor afhalen in instellingen verzendbonnen.
De standaardwaarde is Afgehaald door : #1
Bezorgd door: wordt op een factuur geplaatst wanneer de inhoud van het veld 'Afgehaald door' deel uitmaakt van de standaard omschrijvingen voor bezorging in instellingen verzendbonnen.
De standaardwaarde is Bezorgd door : #1
Verstuurd per: wordt op een factuur geplaatst wanneer de inhoud van het veld 'Afgehaald door' geen deel uitmaakt van de standaard omschrijvingen voor bezorging en ook niet van de standaard omschrijvingen voor afhalen in instellingen verzendbonnen.
De standaardwaarde is Verstuurd per: #1
Aantal colli: tekstregel met het aantal colli zoals vastgelegd op de verzendbon, mits groter dan nul.
De standaardwaarde is Aantal colli: #1
Klantadres: geeft aan of het adres van de klant als opeenvolgende tekstregels op de factuur moet worden geplaatst.
De standaardwaarde is Lokatie: #1
Gebruik \n om aan te geven dat de eerste regel van de lokatie onder in plaats van achter de titel moet worden geplaatst, bijvoorbeeld Lokatie:\n#1
Afleveradres: geeft aan of het afleveradres, mits ingevuld, als opeenvolgende tekstregels op de factuur moet worden geplaatst.
De standaardwaarde is Afleveradres: #1
Gebruik \n om aan te geven dat de eerste regel van het adres onder in plaats van achter de titel moet worden geplaatst, bijvoorbeeld Afleveradres:\n#1
Machinegegevens: tekstregel met machinegegevens. Wordt op een factuur geplaatst wanneer op de verzendbon een machine met machinegegevens is geselecteerd.
Machinelokatie: geeft aan of de machinelokatie als opeenvolgende tekstregels op de factuur moet worden geplaatst wanneer op de verzendbon een machine is geselecteerd.
Gebruik \n om aan te geven dat de eerste regel van de lokatie onder in plaats van achter de titel moet worden geplaatst, bijvoorbeeld Lokatie:\n#1
Reparatiebon: tekstregel met het nummer en de datum van de reparatiebon. Gebruik de volgende indicatoren:
De standaardwaarde is Reparatiebon #1 of in de module Machines en onderhoud Voor u gerepareerd op #2 (reparatiebon #1)
Onderwerp: tekstregel met het onderwerp van de reparatiebon. Indicatoren:
De standaardwaarde is: Onderwerp: #1
Aanvraagnummer: tekstregel met het aanvraagnummer van de klant. Indicatoren:
De standaardwaarde is: Aanvraagnummer: #1
Machinelokatie: geeft aan of de machinelokatie als tekstregels op de factuur moet worden geplaatst. Indicatoren:
De standaardwaarde is Lokatie: #1
Gebruik \n om aan te geven dat de eerste regel van de lokatie onder in plaats van achter de titel moet worden geplaatst, bijvoorbeeld Lokatie:\n#1
Servicerapport: tekstregel met het nummer van het service-rapport. Deze instelling is alleen zinvol in de module Machines en onderhoud. Indicatoren:
De standaardwaarde is Service-rapport : #1
Machinegegevens: tekstregel met de machinesoort, -merk, -type en/of -nummer. Gebruik de volgende indicatoren:
De standaardwaarde is #2 #1 Type #3
Serienummer: tekstregel met het serienummer van de machine. Indicator:
De standaardwaarde is Serienummer : #1
Extern nummer: het externe nummer van de machine. Indicator:
De standaardwaarde is Externe nummer : #1
Tellerstand: de tellerstand van de machine zoals ingevuld op de reparatiebon. Indicator:
De standaardwaarde is Tellerstand: #1
Klacht: tekstregel met de omschrijving van de klacht of werkzaamheden van de reparatiebon. Indicator:
De standaardwaarde is #1
Klantopmerkingen: activeer deze optie om de klantopmerkingen op de reparatiebon over te nemen als opmerkingsregels op de factuur. Alleen de eerste 61 tekens van iedere regel worden overgenomen.
Monteur: tekstregel met de naam, functie en/of kenmerk van de monteur. Deze tekstregel wordt toegepast bij de reparatietijden (zie onder) wanneer de instelling 'Meerdere monteurs op één bon' is geactiveerd in instellingen reparaties. De tekstregel wordt dan niet toegepast bij het factureren van de reparatiebon. Indicatoren:
De standaardwaarde is Monteur : #1.
Monteuropmerkingen: activeer deze optie om de monteuropmerkingen op de reparatiebon over te nemen als opmerkingsregels op de factuur. Alleen de eerste 61 tekens van iedere regel worden overgenomen.
De twee onderstaande tekstregels worden gebruikt wanneer u de reparatietijden wilt laten bepalen op een reparatiebon met Shift+Alt+W. De optie 'reparatietijden registreren' in instellingen reparaties moet dan zijn geactiveerd.
Arbeidstijd: tekstregel met de begin- en eindtijd van de reparatie. Indicatoren:
De standaardwaarde is Arbeidstijd vanaf #1 tot #2 uur
Pauze: tekstregel met de pauze gedurende een reparatie. Wordt samen met de reparatietijd gebruikt mits een pauzetijd is ingevuld. Indicator:
Standaardwaarde: Pauze #1 uur
Deze pagina verschijnt alleen in de module Machines en onderhoud wanneer u gebruik maakt van de functie machine-artikelen.
Machine-informatie: geef hier het tekstmasker op dat wordt toegepast voor de verkoopinformatie wanneer een machine-artikel op een verkoopbon wordt geplaatst. Gebruik in het tekstmasker de indicatoren voor machinegegevens in teksten.
Standaardwaarde: Machine: #MACHINE.NUMMER#
Deze pagina verschijnt alleen in de module Machines en onderhoud.
Servicecontract: wordt op een factuur geplaatst wanneer een servicecontract wordt ingeladen.
Standaardwaarde is #2: #1
Machine: tekstregel met de machinesoort, -merk en -type.
De standaardwaarde is #2 #1 Type #3
Serienummer: tekstregel met het serienummer van de machine.
De standaardwaarde is Serienummer : #1
Machinelokatie: geeft aan of de machinelokatie als tekstregels op de factuur moet worden geplaatst.
De standaardwaarde is Lokatie: #1
Gebruik \n om aan te geven dat de eerste regel van de lokatie onder in plaats van achter de titel moet worden geplaatst, bijvoorbeeld Lokatie:\n#1
Periode: toont de periode van het servicecontract waarop de factuur betrekking heeft.
De standaardwaarde is Periode : #1 t/m #2
Deze pagina verschijnt alleen in de module Machines en onderhoud.
De regels op deze pagina worden toegepast wanneer een nieuwe factuur wordt aangemaakt van een servicecontract met de speciale contractsoort Termijnfactuur in instellingen machines.
Termijnfactuur:
Standaardwaarde is #2: #1
Machine: tekstregel met de machinesoort, -merk en -type.
De standaardwaarde is #2 #1 Type #3
Termijn: toont de gegevens van de huidige termijn.
De standaardwaarde is Termijn #3 van #4
Deze pagina verschijnt alleen in de module Machines en onderhoud.
De regels op deze pagina worden toegepast wanneer een nieuwe factuur wordt aangemaakt van een servicecontract met de speciale contractsoort Deelfactuur in instellingen machines.
Deelfactuur: de gegevens van de deelfactuur. Gebruik de volgende indicatoren:
De standaardwaarde is #2: #1
Machine: tekstregel met de machinesoort, -merk en -type. Gebruik de volgende indicatoren:
De standaardwaarde is #2 #1 Type #3
Termijn: toont de gegevens van de huidige termijn. Gebruik de volgende indicatoren:
De standaardwaarde is Termijn #3 van #4
Orderbevestiging: toont de gegevens van de orderbevestiging waarnaar de termijn verwijst. Gebruik de volgende indicatoren:
De standaardwaarde is Orderbevestiging #1 (#2)
Deze pagina is zichtbaar in de module Urenregistratie.
Hier stelt u de tekstregels in die worden gebruikt bij het berekenen van boekingen op verzendbonnen of reparatiebonnen.
Activiteit: tekstregel met de activiteitsgegevens.
De standaardwaarde is #1 #2
Omschrijving: tekstregel met de bij de boeking opgegeven omschrijving.
De standaardwaarde is #1
Locatie: tekstregel met de bij de boeking opgegeven locatie.
De standaardwaarde is #1
Datum en tijden: tekstregel met de datum, tijden en/of tijdsduur van de boeking.
De standaardwaarde is #1 #2-#3 (#4)
Medewerker: tekstregel met de naam van de medewerker op wie de boeking betrekking heeft.
De standaardwaarde is #1
Kilometers: tekstregel met de omschrijving van de wagen en de gereden kilometers.
De standaardwaarde is #1 (#2 km)
Hier geeft u drie tekstregels op die gebruikt worden wanneer een retourartikel op een verkoopbon wordt geplaatst. Het programma zoekt hier dan de verzendbon of factuur bij waarmee het betreffende artikel is geleverd of verkocht, voorzien van een tekstregel.
Retour te nemen: wordt gebruikt wanneer het retourartikel wordt ingevoerd op een orderbevestiging.
De standaardwaarde is Van u retour te nemen volgens #1 #2 van #3:
Retour gebracht: wordt gebruikt wanneer het retourartikel wordt ingevoerd op een verzendbon of factuur en wanneer in het selectievenster de optie 'Crediteren' niet is aangevinkt.
De standaardwaarde is Door u retour gebracht (zie #1 #2 van #3):
Crediteren: wordt gebruikt wanneer het retourartikel wordt ingevoerd op een verzendbon of factuur en wanneer in het selectievenster de optie 'Crediteren' is aangevinkt.
De standaardwaarde is Credit over #1 #2 van #3:
Geef hier een tekstregel op die gebruikt wordt wanneer het speciale artikel 'Verzend- en/of administratiekosten bij nieuwe X-codes' in artikelinstellingen op een verkoopbon wordt geplaatst omdat er nulcodes (nieuwe artikelen) op de bon voorkomen. De tekstregel wordt boven de artikelregel geplaatst.
De standaardwaarde is Verzend- en/of administratiekosten voor eenmalige artikelen.
Geef hier twee tekstregels op die worden gebruikt wanneer er extra korting wordt verleend op een verkoopbon (met de optie prijzen en kortingen aanpassen) of alleen op een subtotaal (door het ingeven van een kortingspercentage in een subtotaalregel).
Gehele verkoopbon: wordt gebruikt wanneer extra korting wordt verleend op een verkoopbon.
De standaardwaarde is Extra korting #1%:
Subtotaal: wordt gebruikt wanneer extra korting wordt verleend op een subtotaal.
De standaardwaarde is Extra korting subtotaal #1%:
Percentage: de tekstregel die wordt gebruikt wanneer er een toeslagpercentage wordt berekend op een verkoopbon met de optie prijzen en kortingen aanpassen.
De standaardwaarde is #1 #2 %
Deze pagina is alleen beschikbaar in de module Vrije velden: verkoopbonnen.
Selecteer hier de veldsoort waarvoor u tekstregels wilt invoeren of bewerken.
Voer hier maximaal vijf tekstregels in die gebruikt worden wanneer een verkoopbon wordt opgeroepen in een andere verkoopbon.
Gebruik een hekje gevolgd door het nummer van een vrij veld met voorloopnullen om de positie van de bijbehorende vrije veldwaarde aan te geven. Het aantal cijfers in het veldnummer moet altijd drie zijn. Wilt u bijvoorbeeld het vrije veld met het interne nummer 7 opnemen in een tekstregel, gebruik dan #007 om de positie van dit veld aan te geven. Voor veldnummer 13 gebruikt u #013 als indicator.
De interne nummers van de vrije velden worden getoond in vrije velddefinities.