Printerteksten voor afdelingen (briefhoofden)
Printerteksten voor activiteiten
Printerteksten met vrije velden
Printerteksten voor factuurcodes
Printerteksten voor een filiaal
Printerteksten voor bedrijfssoorten en produktgroepen
Een standaard printertekst gebruiken
Printerteksten kopiëren en plakken
In dit onderdeel worden printerteksten aangemaakt en bewerkt.
Er zijn aparte teksten voor ieder van de beide afdrukstanden: staand en liggend. Het programma bepaalt aan de hand van de instelling 'Afdrukstand' bij de printeractiviteit welke printertekst moet worden toegepast. Selecteer de printertekst voor de gewenste afdrukstand met de knop Afdrukstand in het selectievenster bij dit onderdeel.
Open en sluit het selectievenster met Selectie rechtsboven in het venster of druk op Ctrl+Alt+F9. Met In venster
of Shift+Alt+F9 geeft u aan of het selectievenster in het onderdeelvenster moet worden getoond of er overheen.
Een printertekst bestaat uit een aantal tekstregels.
Maak een nieuwe tekstregel aan met Regel dupliceren of Ctrl+Enter. De tekst en alle instellingen van de huidige regel worden dan overgenomen.
Verwijder een tekstregel met Regel verwijderen of Ctrl+Del.
Met de knoppen Omhoog en Omlaag
verplaatst u tekstregels naar boven en beneden. U kunt hiervoor ook de sneltoetsen Shift+Ctrl+Omhoog en Shift+Ctrl+Omlaag gebruiken.
Klik op de knop Letterkleur om de kleur van de huidige regel in te stellen. Hiermee stelt u ook de randkleur van een lijn of kader in en de kleur van een QR-code. Met de knop achtergrondkleur
geeft u de achtergrondkleur van een kader op; op de overige regels is deze instelling niet van invloed.
In dit kader wordt aangegeven of de tekstregel alleen op originelen, op kopieën of beide moet worden geprint.
Daarnaast kunt u aangeven dat de regel alleen op bepaalde pagina's moet worden afgedrukt.
U kunt ook voor iedere regel een papiersoort aangeven. Wanneer deze papiersoort anders staat ingesteld dan 'alle', dan wordt de tekstregel alleen afgedrukt wanneer de ingestelde papiersoort wordt gebruikt.
Tenslotte kunt u hier aangeven dat een regel alleen moet worden gebruikt voor een specifieke afdeling. Deze instelling is alleen van toepassing bij activiteiten waarbij sprake is van een afdeling, zoals bonnen en brieven.
In het kader 'Afdrukken naar' kunt u aangeven of een tekstregel alleen moet worden gebruikt bij het afdrukken op een printer of bij de uitvoer naar een PDF- of HTML-bestand, of in beide gevallen. Deze optie is niet van invloed op het afdrukvoorbeeld op scherm; hiervoor wordt de instelling 'Printertekstregels in afdrukvoorbeeld' (onderdeel Printerinstellingen) toegepast.
In het overzicht van de tekstregels wordt in de eerste twee kolommen met en
aangegeven dat de regel van toepassing is op de uitvoer naar printer respectievelijk naar een PDF-bestand.
U exporteert de uitvoer naar een PDF- of HTML-bestand door in het afdrukvenster van een programma-onderdeel de optie 'Afdrukken naar bestand' te activeren.
Iedere tekstregel kan worden voorzien van een eigen lettertype (zoals beschikbaar in de standaardprinter), lettergrootte, stijl (vet, schuin en/of onderstreept) en uitlijning (links, midden, rechts).
Links: de horizontale positie van de tekstregel gerekend in cm vanaf de linkerzijde van het papier.
Boven: de verticale positie van de tekstregel gerekend in cm vanaf de bovenzijde van het papier.
Aan onderzijde kassabon: geeft aan dat de positie betrekking heeft op het onderste gedeelte van het papier; deze instelling wordt alleen gebruikt bij kassabonnen.
Per tekstregel kunnen zogeheten 'extra marges' worden vastgelegd; een boven- en/of een ondermarge. Tijdens het printen bepaalt het programma de maximale aan te houden marges aan de hand van de instellingen van het papierformaat én de extra marges zoals ingesteld bij iedere tekstregel waarvan gebruik wordt gemaakt. Deze optie is bedoeld om te kunnen bewerkstelligen dat de tekst op een bon, overzicht of lijst nooit door een printertekst heen kan worden geprint. Wanneer u bijvoorbeeld een printertekst definieert met een voettekst op 2,0 cm van de onderkant van het papier, dan kunt u ervoor zorgen dat er nooit door deze voettekst heen wordt geprint door de extra ondermarge bij tenminste één tekstregel op bijvoorbeeld 3,0 cm te zetten. De extra marges zijn overigens alleen van toepassing bij activiteiten die gebruik maken van de Windows-ondersteuning tijdens het afdrukken.
De instellingen in dit kader zijn alleen van toepassing wanneer in de tekstregel een indicator voor een afbeelding of QR-code wordt gebruikt.
Met de indicator [logo] gevolgd door het afbeeldingsnummer tussen rechte haken, bijvoorbeeld [logo][3], wordt één van de printerafbeeldingen afgedrukt. Klik op Afbeeldingen... in de knoppenbalk om afbeeldingen toe te voegen en te wijzigen in het onderdeel printerafbeeldingen.
Met de indicator [qrcode] gevolgd door een tekst (zonder rechte haken), bijvoorbeeld [qrcode]www.order-direct.nl, , wordt van de tekst een QR-code aangemaakt die vervolgens wordt afgedrukt op de ingestelde positie en met de geselecteerde letterkleur.
Hoogte: de hoogte van de afbeelding of QR-code in cm.
Breedte: de breedte van de afbeelding of QR-code in cm.
Uitvullen: geeft aan of de afbeelding of QR-code moet worden uitgevuld binnen de afmetingen.
Doorzichtig: geeft aan of de afbeelding of QR-code doorzichtig moet worden afgedrukt. Deze optie is alleen van toepassing op afbeeldingen van het type 'bitmap' of 'bmp'.
Als achtergrond: geeft aan dat de afbeelding in de achtergrond moet worden geplaatst. Alle andere elementen van een bon of lijst worden dan over de afbeelding heen geplaatst. Per afdruk kan maar één afbeelding als achtergrond fungeren. De tekstregel met een afbeelding als achtergrond wordt in het overzicht getoond in blauw.
Voor iedere afdeling kan een printertekst worden aangemaakt.
Deze afdelingsteksten zijn bedoeld als briefhoofdtekst voor de bonnen van de betreffende afdeling.
Het onderdeel start op met de Nederlandse printertekst van de eerste afdeling, geldig voor alle landen.
Om over te schakelen naar de teksten bij een bepaalde activiteit activeert u in het selectievenster het keuzerondje 'Activiteit'. Open en sluit het selectievenster met Selectie rechtsboven in het venster of druk op Ctrl+Alt+F9.
Selecteer de printertekst bij de gewenste activiteit in de keuzelijst.
Dit onderdeel kan rechtstreeks worden opgestart vanuit een ander programma-onderdeel door in het afdrukvenster op de rechter muistoets te klikken en de optie 'Printertekst' te selecteren. De bijbehorende activiteit wordt dan automatisch geselecteerd.
Met de modules 'Vrije velden: verkoopbonnen', 'Vrije velden: reparaties' en 'Vrije velden: assemblages' kunnen bij een aantal activiteiten aparte printerteksten worden vastgelegd die worden toegepast op één veldsoort.
Bij het selecteren van zo'n activiteit verschijnt er in het selectievenster een aparte keuzelijst waarin u de gewenste veldsoort selecteert. Open en sluit het selectievenster met Selectie rechtsboven in het venster of druk op Ctrl+Alt+F9.
Deze printerteksten zijn bedoeld voor het weergeven van vrije veldwaarden in een bepaalde veldsoort.
Tenslotte zijn er een aantal speciale printerteksten die in bepaalde gevallen eveneens worden afgedrukt bij een printeractiviteit:
Printertekst die wordt gebruikt op orderbevestigingen met een aanbetaling.
Tekst die wordt gebruikt op verzendbonnen met een aanbetaling.
Tekst die wordt gebruikt op verkoopfacturen met een aanbetaling.
Deze tekst geeft de posities van de adresregels bij de relatie op een bon, factuur of brief aan.
Deze tekst wordt afgedrukt op bonnen waarop een afleveradres of retouradres (voor retourbonnen) is opgegeven. Voor bepaalde bonsoorten kan deze optie worden uitgeschakeld.
Speciale tekst voor het afleveradres op bestelbonnen. Deze tekst wordt gebruikt wanneer de bijbehorende instelling is geactiveerd in instellingen bestellingen.
Deze tekst wordt toegepast op verkoopfacturen waarop de BTW is verlegd, mits de bijbehorende instelling is geactiveerd in instellingen verkoopfacturen.
Deze tekst wordt toegepast op alle bonnen en brieven.
Deze tekst wordt toegepast op verkoopcreditnota's. Zodra er tenminste één printertekst voor creditnota's is vastgelegd, voor welke afdeling of filiaal en in welke taal dan ook, dan zullen de printerteksten voor de activiteit 'Verkoopfactuur' niet meer worden gebruikt bij creditnota's.
Deze tekst wordt afgedrukt op bestelbonnen waarop een factuuradres is vastgelegd.
De tekst die wordt afgedrukt op facturen wanneer er sprake is van een factuurkorting of kredietbeperking. Hierin kunnen de indicatoren [faktkort_perc] en [faktkort_bedrag] worden gebruikt voor respectievelijk het kortingspercentage en -bedrag. Wanneer u gebruik maakt van deze tekst, dan dient de instelling 'Factuurkorting als extra factuurregel' op de pagina 'Afdrukken' in instellingen facturen bij voorkeur te worden uitgeschakeld.
Tekst die wordt toegepast op een factuur wanneer hierop sprake is van een G-rekening.
Tekst die wordt toegepast op een factuur mits de bijbehorende instelling is geactiveerd in instellingen facturen én bij de klant sprake is van openstaande posten. In deze printertekst worden met speciale indicatoren de openstaande postengegevens aangegeven.
Deze tekst wordt afgedrukt wanneer de instelling 'handelsvoorwaarden' bij een activiteit is geactiveerd in printeractiviteiten.
Deze printertekst wordt toegepast bij het afdrukken van een offerte waarbij de instelling 'Handtekening klant' is aangevinkt.
Deze printertekst wordt toegepast bij het afdrukken van een orderbevestiging voor de klant waarbij de instelling 'Handtekening klant' is aangevinkt.
Deze printertekst wordt toegepast bij het afdrukken van een verkoopfactuur waarop expliciet kredietbeperking wordt berekend.
Deze printertekst wordt gebruikt bij het afdrukken van verkoopfacturen waarop een betaalwijze is ingevuld die voorkomt bij de betaalwijzen zoals vastgelegd in instellingen facturen.
Tekst die wordt afgedrukt op verkoopfacturen met een factuurbedrag gelijk aan of hoger dan nul en een betaalwijze die hoort bij de betaalmethode 'Contant'.
Tekst die wordt afgedrukt op verkoopfacturen met een factuurbedrag gelijk aan of hoger dan nul en een betaalwijze die niet hoort bij de betaalmethode 'Contant' en ook niet bij de betaalmethode 'Automatisch incasso'.
Tekst die wordt afgedrukt op verkoopfacturen met een factuurbedrag gelijk aan of hoger dan nul en de betaalwijze voor 'Automatische incasso' zoals ingesteld in betaalmethoden. De indicator [incasso_datum] wordt gebruikt om in deze tekst de datum van incasseren aan te geven.
Deze tekst wordt afgedrukt op bestelbonnen waarop een ophaaladres is opgegeven.
Wordt afgedrukt op reparatiebonnen wanneer er sprake is van een prijsopgave.
Wordt afgedrukt op offertes wanneer er sprake is van een pro forma factuur.
Deze tekst wordt afgedrukt op verzendbonnen wanneer er X-codes op staan. Deze tekst wordt niet meer gebruikt; maak gebruik van de nieuwe tekst 'X-codes op verzendbonnen' (zie onder).
Deze tekst wordt afgedrukt op lijsten en overzichten waarbij de papier-oriëntatie is ingesteld op 'liggend' (landscape).
Deze tekst wordt afgedrukt op lijsten en overzichten die bestemd zijn voor een relatie.
Deze tekst wordt afgedrukt op lijsten en overzichten waarbij de papier-oriëntatie is ingesteld op 'staand' (portrait).
Er zijn drie printerteksten voor het tijdelijk afdrukken van een melding op bonnen. Bij ieder van deze teksten worden een aantal zaken ingesteld:
Actief: geeft aan of de tekst kan worden afgedrukt op bonnen.
Periode: hier geeft u aan gedurende welke periode de melding kan worden afgedrukt.
Bonsoorten: geeft aan op welke bonsoorten de printertekst kan worden afgedrukt.
Afdrukken op: hier legt u desgewenst het maximale aantal bonnen vast waarop de printertekst wordt afgedrukt, vanaf de ingangsdatum van de ingestelde periode, per relatie en per bonsoort.
Wordt afgedrukt op facturen wanneer op de factuur tenminste één X-code voorkomt.
Wordt afgedrukt op verzendbonnen wanneer op de verzendbon tenminste één X-code voorkomt.
Om deze speciale printerteksten te bewerken klikt u het keuzerondje 'Overig' aan in het selectrievenster. De gewenste tekst kan dan worden geselecteerd uit de keuzelijst. Open en sluit het selectievenster met Selectie rechtsboven in het venster of druk op Ctrl+Alt+F9.
Gebruikt u factuurcodes op verkoopfacturen, dan is in de lijst met de overige teksten voor iedere factuurcode één specifieke printertekst opgenomen. Deze printertekst wordt toegepast op de afdruk van facturen met de bijbehorende factuurcode.
De namen van deze teksten beginnen allemaal met 'Factuur:', gevolgd door de omschrijving van de factuurcode.
Het onderdeel start op met de printertekst van de eerste afdeling voor alle talen en voor alle landen.
U kunt ook printerteksten vastleggen die alleen worden toegepast voor een bepaalde taal.
Verander van taal met de knop Taal op de knoppenbalk.
In de module Meerdere filialen kunt u printerteksten vastleggen voor specifieke filialen.
Selecteer het gewenste filiaal met Filiaal in de knoppenbalk. Het onderdeel start op met de printertekst voor alle filialen.
Een printertekst kan worden vastgelegd voor één specifieke bedrijfssoort of produktgroep.
Wanneer een klant deel uitmaakt van deze bedrijfssoort, of een leverancier van deze produktgroep, dan wordt deze speciale printertekst gebruikt in plaats van de standaard printertekst.
Linksboven in het venster selecteert u de gewenste bedrijfssoort of produktgroep. In deze keuzelijst worden alleen de bedrijfssoorten en produktgroepen getoond waarbij het selectievakje 'Printerteksten' is geactiveerd in bedrijfssoorten bewerken in serie en produktgroepen bewerken in serie.
Een printertekst kan worden vastgelegd voor één specifiek land of voor een groep van landen.
Deze voorziening is bijvoorbeeld bedoeld voor teksten die moeten worden afgedrukt op een bon of overzicht, afhankelijk van het land van de klant of leverancier. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de vermelding van specifieke douanebepalingen voor export naar niet-EU landen.
De voorziening biedt ook de gelegenheid om adresformaten te definiëren die verschillend zijn per land. Klik Hier voor voorbeelden van adresformaten voor een aantal landen.
Rechtsboven in het venster selecteert u het gewenste land of groep van landen.
Met de knop Standaard rechtsboven in het venster of F9 laadt u de standaardregels voor de geselecteerde printertekst in zoals bepaald door het programma zelf.
Deze regels worden toegevoegd aan de reeds bestaande tekst. Deze voorziening is bedoeld om snel en eenvoudig standaard printerteksten te kunnen gebruiken.
Klik op Verwijderen of druk op Shift+Ctrl+Del om een printertekst leeg te maken.
Alle tekstregels van de huidige printertekst worden dan in één keer verwijderd.
Met Tekst kopiëren (Shift+Ctrl+K) kopieert u alle regels van de huidige printertekst naar een kladbestand.
Zijn er regels gemarkeerd, dan worden alleen de gemarkeerde regels gekopieerd.
Nadat een tekst is gekopieerd kunt u de gekopieerde tekstregels met Tekst plakken (Shift+Ctrl+V) opnemen in de geselecteerde tekst.
Er verschijnt een venster waarin u aangeeft of de bestaande tekst moet worden overschreven en voor welke talen de bewerking moet worden uitgevoerd. Klik in dit venster op OK om de bewerking te starten.
Met de menu-optie Printertekst exporteren exporteert u de regels van de huidige printertekst naar een XML-bestand.
Dit bestand kan vervolgens worden ingelezen in een andere printertekst (in een andere bestandenset) met de menu-optie Printertekst importeren .
Behalve voor iedere regel afzonderlijk kunt u ook gegevens bewerken voor meerdere regels ineens.
Markeer eerst de regels die u wilt gaan bewerken door op de regels in de tabel te dubbelklikken met de muis of door op de spatiebalk te drukken. Wijzigt u vervolgens een instelling in één van de gemarkeerde regels, dan wordt deze wijziging ook automatisch doorgevoerd in alle andere gemarkeerde regels.
Klik op Markeren om alle regels te markeren.
Met Ctrl+Alt+V verplaatst u alle tekstregels in de huidige printertekst over een bepaalde afstand.
Er verschijnt een apart venster waarin u aangeeft of de tekstregels naar boven/beneden en/of naar links/rechts moeten worden verplaatst. Geef hier ook de afstanden in waarover de tekstregels moeten worden verplaatst en klik op OK om de verplaatsing uit te voeren.
Zijn er één of meer tekstregel gemarkeerd, dan worden alleen de gemarkeerde regels verplaatst.
In een tekstregel kunt u indicatoren gebruiken met een speciale betekenis. Iedere indicator bestaat uit een voorgeschreven woord, omgeven door rechte haken. Bij het afdrukken worden deze indicatoren vervangen door de waarde die dan van toepassing is.
Sommige indicatoren zijn van toepassing op alle printeractiviteiten, andere alleen op bepaalde activiteiten, zoals bonnen en brieven.
Klik Hier voor een overzicht van alle ondersteunde indicatoren.
Klik op Opslaan of druk op Ctrl+S om alle wijzigingen vast te leggen
Met Afdrukken maakt u een afdruk van de huidige printertekst (
printertekst).
Klik op Afdrukvoorbeeld voor een voorbeeld op scherm.
Met Esc of Afsluiten verlaat u het onderdeel.
Zijn in de huidige printertekst wijzigingen aangebracht en nog niet opgeslagen dan geeft het programma hierover een waarschuwing.